In de wereld van mobiliteit evolueren autonome auto’s snel, en de Europese Unie heeft een wettelijk kader vastgesteld voor autonoom rijden op niveau 3, waarbij nog steeds aandacht van de bestuurder vereist is. Terwijl deze regels op Europees niveau gelden, moeten ze lokaal in lidstaten worden aangepast om van kracht te gaan. Wat betreft België lijkt het ministerie echter niet haastig te werk te gaan bij het opstellen van een specifiek wettelijk kader voor autonome voertuigen.
De reden achter dit trage proces is geworteld in een belangrijke vraag: moet de verantwoordelijkheid bij een ongeluk altijd bij de bestuurder liggen, of zou deze ook bij de constructeurs van autonome voertuigen moeten rusten? Dit debat raakt de kern van de overgang naar autonome mobiliteit.
Het Belgische standpunt lijkt te benadrukken dat, zelfs in een autonome omgeving, de bestuurder uiteindelijk verantwoordelijk moet blijven. Dit betekent dat zelfs in situaties waarin het voertuig autonoom rijdt op niveau 3, de bestuurder alert moet zijn en de controle over het voertuig moet kunnen overnemen indien nodig. Deze benadering benadrukt het behoud van de menselijke factor in het rijproces, ondanks de toenemende automatisering.
De zorg over waar de verantwoordelijkheid ligt, bij de bestuurder of de constructeurs, weerspiegelt de bredere uitdagingen en discussies die gepaard gaan met de adoptie van autonome voertuigen. Terwijl technologische vooruitgang snel gaat, is het ontwikkelen van bijpassende wetgeving een complex proces dat rekening moet houden met ethische, juridische en sociale aspecten.
Hoewel België op dit moment niet voorop lijkt te lopen in het implementeren van specifieke regelgeving, zal de discussie over de toekomst van autonome auto’s ongetwijfeld blijven evolueren, en de uiteindelijke wetgeving zal een delicate balans moeten vinden tussen innovatie, veiligheid en verantwoordelijkheid.